Boze burgers en wanhopend bestuur - een serie
Datum: Haarlem, 03-10-2024
Auteur: Martijn Mense
'De bouw van een op de drie nieuwbouwwoningen loopt vertraging op omdat er bezwaar wordt gemaakt door buurtbewoners. De bezwaren leiden tot wanhoop bij gemeenten en in de politiek' aldus de NOS (zie https://nos.nl/artikel/2517948-bouw-nieuwbouwwoningen-vaak-vertraagd-door-bezwaar-buurtbewoners). In een eerder blog werd de zaak Bloemendalerpolder toegelicht (zie http://menserechten.nl/nieuwsartikel/advocaat-martijn-mense/rectificatie-rechtstatelijke-verhoudingen-op-pagina-17-onderaan.html).
Hoewel de ontwikkelaar en co. in beroep onderuit gingen en de uitkomst van het door hen ingestelde cassatieberoep nog wel even op zich laat wachten, stelden zij in juli 2024 dezelde vordering in. Die vordering werd afgewezen. In de samenvatting werden de redenen voor die afwijzing als volgt beschreven:
'De voorzieningenrechter is van oordeel dat het door eiseressen aangedragen argument dat geen sprake is van strijd met het exploitatieplan of bestemmingsplan niet kan leiden tot de conclusie dat sprake is van een bij voorbaat kansloze beroepsprocedure. Evenmin acht de voorzieningenrechter evident dat het beroep van gedaagde zal stranden op het relativiteitsvereiste. Ook volgt zij de stelling niet dat gedaagde de beroepsprocedure onmiskenbaar met een ander doel heeft ingesteld dan waarvoor de bevoegdheid is verleend, althans met geen ander doel dan eiseressen te schaden. Aangenomen wordt dat het instellen van het beroep voor eiseressen potentieel zeer vertrekkende nadelige gevolgen kan hebben. Hoewel niet ter discussie staat dat gedaagde bij de uitoefening van haar procesbevoegdheid belangen van derden niet geheel uit het oog mag verliezen, is echter onvoldoende aannemelijk dat het belang van eiseressen om te worden gevrijwaard van die nadelige gevolgen, zodanig onevenredig wordt geschaad door het instellen van beroep dat gedaagde deze bevoegdheid niet in redelijkheid kan uitoefenen. Het gaat immers om de uitoefening van een grondrecht door gedaagde. Het is bovendien een feit van algemene bekendheid dat bestuursrechtelijke procedures kunnen worden gevoerd over verleende (en nog niet onherroepelijke) vergunningen.' (zie https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RBNHO:2024:6737).
Of dit tot wanhoop bij de gemeente Amsterdam leidde, is niet bekend. Wat onderbelicht blijft in het rumoer rond deze zaken is dat NIMBY gedrag op zich nooit aanleiding kan geven tot een geslaagde procedure. Bestuursrechtelijke procedures slagen omdat de overheid zich niet aan de regels houdt. Regels die zij zelf bedacht heeft of regels in met name verdragen of vergelijkbare regelgeving waar kennelijk blind voor is getekend (zie ook https://www.binnenlandsbestuur.nl/ruimte-en-milieu/juridisering-vanwege-disbalans-de-trias-politica). Een bekend voorbeeld is het stikstof'beleid': In 2019 oordeelde de Raad van State dat het Nederlandse stikstofbeleid niet deugde. MOB was samen met de Vereniging Leefmilieu (ook Nijmeegs) een procedure gestart tegen het zogeheten Programma Aanpak Stikstof (PAS). Met dit beleid verleende de overheid vergunningen aan bedrijven – ook boeren – om stikstof te mogen uitstoten, maar alleen als er compensatiemaatregelen zouden worden getroffen om de nadelige gevolgen van stikstof op natuurgebieden te verminderen. De Raad van State stelde Vollenbroek en zijn kompanen in het gelijk: het Nederlandse beleid was in strijd met de Europese regelgeving. [...] Er zijn Europese regels om de natuur te beschermen, maar Nederland verzint steeds weer eigen geitenpaadjes. ‘Het doet me goed dat we nog een onafhankelijke rechtspraak hebben. Er deugt een boel niet in Nederland, maar dit wel.’ Want laat duidelijk zijn: Johan Vollenbroek en zijn team doen dit allemaal niet voor eigen gewin. De natuur heeft geen stem en daarom komen zij voor die natuur op. ‘Wij hadden zoiets van: verdomme, alles van waarde is weerloos. Het wordt tijd dat de regering eens met de neus op de feiten wordt gedrukt.’ (zie https://www.voxweb.nl/nieuws/zomerinterview-2-johan-vollenbroek-pitbull-in-naam-van-de-natuur). Over dat gewin valt overigens wel iets meer te zeggen (zie https://www.wyniasweek.nl/met-activist-johan-vollenbroek-valt-best-te-praten-als-je-hem-als-adviseur-inhuurt/).
Wat ook onderbelicht blijft, is dat de overheid zich niet bepaald inspant om de doorlooptijd van bestuursrechtelijke procedures te beperken. In volgende posts zullen daar wat voorbeelden van worden gegeven.
Martijn Mense, advocaat te Haarlem